Oorzaken
We maken een onderscheid in primair lymfoedeem en secundair lymfoedeem.
Het lymfsysteem loopt door het gehele lichaam, en voert onder andere afvalstoffen (ook virussen en bacteriën) en eiwitten af, en heeft een belangrijke afweer functie. Het bestaat uit lymfbanen, die het vocht transporteren, en lymfknopen (ook wel lymfklieren genoemd) die het lymfvocht zuiveren van de afvalstoffen. Deze lymfknopen bevinden zich met name in de oksels, liezen en de hals. Bij het ontstaan van oedeem is er sprake van een balansverstoring tussen de aanvoer en afvoer van het lymfvocht.
Bij primair lymfoedeem is er sprake van een aangeboren afwijking in het lymfsysteem. Er kan sprake zijn van te weinig lymfvaten, te smalle of te brede, of er is een aandoening van de lymfknopen. Primair lymfoedeem kan zich al direct na de geboorte uiten, maar in de meeste gevallen komt het in de periode vanaf de puberteit tot het vijfendertigste levensjaar aan het licht. Later kan ook, maar dit komt minder vaak voor. Het primair lymfoedeem komt meestal voor in de onderste lichaamshelft.
Secundair lymfoedeem ontstaat door invloed van buitenaf, die schade toebrengt aan het lymfsysteem. Dit kan zijn door een infectie, operatie of ongeval. In de meeste gevallen is secundair lymfoedeem een gevolg van de behandeling van kanker. Lymfknopen worden soms verwijderd bij een operatie of ze kunnen beschadigd raken door chemo- of bestralingstherapie. Hierdoor wordt de afvoer (gedeeltelijk) geblokkeerd en ontstaat een vochtophoping in de buurt van de beschadiging. Secundair lymfoedeem ontstaat dus meestal in de buurt van de beschadiging, en kan in het hele lichaam voorkomen. Het meest voorkomend is in de benen of de armen. In de meeste gevallen ontstaat het oedeem in de eerste 3 tot 6 maanden na de beschadiging. Het kan echter ook later tot uiting komen, soms duurt het wel 2 jaar voordat de symptomen zich uiten.
|
|